De kleur van de taal
De
roekoekende onbekende duif die rechts van mij van zich laat horen,
wordt roekoekend beantwoord door een onbekende duif aan de linkerzijde.
Alhoewel ik hier in Duitsland ben klinkt deze duiventaal meer
Fransachtig. Bon..j ou ourrrrrr. Waarempel, de linkerzijde duif roept
bon..j..ou.ourrr terug alhoewel het avond is. De kleur van hun taal is
pruisischblauw met een klein heel licht roze randje.
De
duiven roekoeken hun eigen taal, de Roekoetaal. Ik probeer het na te
doen die Roekoetaal. Als niet duif vind ik dat het goed klinkt. Ben heel
benieuwd wat de duiven er van vinden. Ze zijn met stomheid geslagen.
Even later hoor ik nog een heel fel tjirptjirpje, de taal van de mus,
want ik zie hem. En die klinkt heel blij als een nieuw geboren
voorjaarsgroen.
In
de verte, voor en achter mij, stemmen. Onverstaanbaar, maar aan de
tonage te horen klinkt het Duits. Af en toe van achteren een schaterlach
die scharlakenrood klinkt. Deze klinkt universeel maar is van een
Duitse man zie ik bij nader inzien.
Een
vliegtuig maakt zijn vliegtuig taal en schrijft zijn vlucht in de
lucht. Het klinkt asgrauw maar dat is geen kleur zolang er geen vleugje
rood of paars of blauw of groen in zit en dat zit er echt niet in. Hij
neemt zijn taal gewoon mee naar zijn bestemming en zet daar dan tot slot
een heel donkergroen slotakkoord neer voordat hij tot stilstand komt..
O
jee, nu plots een bromtaal van een vlieg. Zelfs twee die een heel
gesprek voeren met z'n tweeën. Een lied wordt het nu zij elkaar
gevonden hebben en begrijpen, het klinkt koningsblauw.
Ja, ieder heeft zijn eigen taal en ieder heeft zijn eigen kleur.